Neem contact op
Conny Lubbersen
0613184377
conny.lubbersen@gmail.com

IN VERTROUWEN

laten we samen een veilige werkplek creëren

OPSTELLEN VAN EEN

KLACHTENPROCEDURE.


MODEL KLACHTENPROCEDURE - een voorbeeld

- CONCEPT-

KLACHTENPROCEDURE

Aangezien het bedrijf zich verantwoordelijk acht voor het sociaal beleid in onze organisatie, wenst zij een klimaat te scheppen waarin alle werknemers elkaars integriteit respecteren. Op grond van deze overwegingen wil zij een regeling voor een klachtenbehandeling instellen welke twee fasen kent: 

  1. door een vertrouwenspersoon
  2. door de klachtencommissie

Het bedrijf acht het gewenst dat de eerste opvang van de klager/klaagster en de behandeling van de klacht los van elkaar staan. 


ALGEMENE BEPALINGEN 

Artikel 1 

In dit reglement wordt verstaan onder:
a: seksuele intimidatie: ongewenste seksuele toenadering, verzoeken om seksuele gunsten of ander verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag van seksuele aard waarbij: onderwerping aan dergelijk gedrag, impliciet of expliciet, wordt gebruikt als voorwaarde voor de tewerkstelling van een persoon, beslissingen die het werk van deze persoon raken, met tot doel de werkprestaties aan te tasten en/of een vijandige en intimiderende of onaangename werkomgeving te creëren;

b: agressie en geweld: en waarbij tevens sprake is van een van de volgende punten: verbaal, psychisch of fysiek geweld zoals schelden en beledigen, lastig vallen, het onder druk zetten, bedreigen met fysiek geweld en irriteren, treiteren en schelden en discrimineren in verband met ras of geloofsovertuiging, schoppen, slaan, spugen, het gooien met voorwerpen, bijten en vastgrijpen, waarbij onderwerping aan dergelijk gedrag wordt gebruikt als voorwaarde voor de tewerkstelling van een persoon, beslissingen die het werk van deze persoon raken, met tot doel de werkprestaties aan te tasten en/of een vijandige en intimiderende of onaangename werkomgeving te creëren;

c: klager: werknemer van Het bedrijf, stagiaire, uitzendkracht, contractant of werknemer van der- den die zich met een klacht over seksuele intimidatie, agressie en geweld, discrimineren of pesten tot een vertrouwenspersoon wendt;

d: beklaagde: degene op wiens gedrag de klacht van de klager betrekking heeft;

e: vertrouwenspersoon: persoon als bedoeld in artikel 3;

f: klachtencommissie: commissie als bedoeld in artikel 13;

g: klacht: uiting van onvrede binnen het kader van de eigen werksituatie over de wijze waarop door of namens de werkgever door een handelen of nalaten met de persoonlijke belangen van de werk- nemer rekening is of wordt gehouden;

h: organisatie: het bedrijf

i: directie: directie van het bedrijf. 


Artikel 2 

Een ieder die, in verband met de werksituatie bij Het bedrijf seksuele intimidatie, agressie of geweld ondervindt of heeft ondervonden, kan zich met een klacht wenden tot een vertrouwenspersoon dan wel een klacht indienen bij de klachtencommissie. 


DE VERTROUWENSPERSOON 

Artikel 3 

De directie wijst tenminste één vertrouwenspersoon aan tot wie de klager zich kan wenden. De aanwijzing geschiedt voor de periode van X jaar. Een zelfde persoon kan opnieuw worden aangewezen als vertrouwenspersoon voor een volgende periode. 

Artikel 4 

De vertrouwenspersoon heeft, onverminderd hetgeen daaromtrent in dit reglement verder is bepaald, in elk geval tot taak;
a. zichzelf bekend te maken als vertrouwenspersoon binnen de organisatie;

b. de eerste opvang van de klager/klaagster met klachten over seksuele intimidatie, agressie en geweld te verzorgen. De vertrouwenspersoon zoekt in eerste instantie samen met de klager/klaagster naar eventuele mogelijkheden om het probleem in de informele sfeer tot een oplossing te brengen;

c, de klager/klaagster door te verwijzen naar externe deskundigen als verdere opvang noodzakelijk is;

d. de klager/klaagster te informeren over de mogelijkheid het probleem voor te leggen aan de klachtencommissie;

e. het desgewenst begeleiden van de klager/klaagster indien deze de klacht wil voorleggen aan de klachtencommissie;

f. beleid te formuleren ter voorkoming en bestrijding van seksuele intimidatie;

g. zorg te dragen voor de nazorg van de klager/klaagster;

h. jaarlijks een anonieme registratie bij te houden ten bate van het sociaal jaarverslag en/of meldingen aan de overheid. 



Artikel 5 

De vertrouwenspersoon kan zelf een klacht indienen bij de klachtencommissie, indien hij meerdere klachten ontvangt die betrekking hebben op een beklaagde en die niet aan de klachtencommissie zijn voorgelegd. Namen van klagers worden daarbij niet genoemd clan met hun toestemming. 


Artikel 6 

De vertrouwenspersoon onderhoudt de nodige contacten met personen en instanties die seksuele intimidatie bij Het bedrijf en uit hoofde van hun functie kunnen signaleren. 


Artikel 7 

De vertrouwenspersoon is voor de uitvoering van zijn functie verantwoording schuldig aan de directie van Het bedrijf. 


Artikel 8 

De vertrouwenspersoon heeft de bevoegdheid tot;
a. het zelfstandig raadplegen van externe deskundigen;
b. het horen van alle betrokkenen van alle afdelingen in de organisatie, inclusief do directie. Hij gaat hiertoe slechts over voor zover de uitvoering van zijn taken daartoe noodzaakt en neemt hier- bij strikte vertrouwelijkheid in acht;
c. het bijstaan van de klager/klaagster indien een klacht bij de commissie wordt ingediend;
d. het bijeenroepen van de klachtencommissie; 


Artikel 9 

De vertrouwenspersoon dient te allen tijde de anonimiteit van de klager/klaagster te waarborgen en zal clan ook geen actie ondernemen zonder zijn/haar toestemming. Alleen met toestemming van de klager/klaagster is het mogelijk om met behulp van het management de klacht over te brengen bij de beklaagde of veroorzaker(s) en te trachten met elkaar tot overeenstemming to komen. Dit houdt in dat ook alleen op verzoek van de klager een klacht ter behandeling van de klachtencommissie kan warden ingediend. 


Artikel 10 

De vertrouwenspersoon legt van elke behandelde klacht een dossier aan. Hi] verstrekt daaruit geen onder geheimhouding gegeven informatie clan met toestemming van degene die om geheimhouding heeft verzocht. 


Artikel 11 

  1. De vertrouwenspersoon brengt jaarlijks verslag uit over de ervaringen, uitgebrachte adviezen en gesignaleerde knelpunten aan de directie. Tevens wordt in dit verslag een risico-inventarisatie opgenomen;
  2. Het verslag draagt een algemeen karakter en is niet op individuele personen herleidbaar; 
  3. De directie zendt dit verslag aan het Hoofd Personeelszaken, het Management Team, de Commissie Veiligheid Gezondheid en Welzijn en de Arbodienst. 


Artikel 12 

De directie draagt er zorg voor dat aan de vertrouwenspersoon de faciliteiten die nodig zijn voor de uitvoering van de opgedragen taken, ter beschikking worden gesteld. Deze faciliteiten omvatten in ieder geval:

  1. een ruimte om gesprekken te voeren zodanig dat de privacy van de klager optimaal gewaarborgd wordt; 
  2. een budget voor het voeren van gesprekken extern;
  3. een budget voor het inschakelen van externe deskundigen;
  4. een eigen telefoon die niet afgeluisterd of onderbroken kan worden; 
  5. een goed afsluitbare kast als archief;
  6. een training in het kader van deskundigheidsbevordering. 


KLACHTENCOMMISSIE
Samenstelling en benoeming
Artikel 13
1. De klachtencommissie bestaat uit drie leden, waarvan tenminste een vrouw. Het (plv) Hoofd Personeelszaken is in ieder geval lid van de commissie. Er worden tenminste twee (plaatsvervangende) leden aangesteld die benoemd worden door de directie. Een lid wordt op voordracht van de OR door de directie benoemd. De commissie kiest zelf uit haar midden een voorzitter en een secretaris. 

2. De (plaatsvervangende) leden worden benoemd voor een termijn van drie jaar. Zij kunnen worden herbenoemd voor dezelfde termijn. Een lid dat is benoemd ter vervulling van een tussentijds opengevallen plaats, treedt af op het tijdstip waarop degene in wiens plaats hij is benoemd, had moeten aftreden. 

3. De klachtencommissie kan, zo nodig, externe deskundigen inschakelen.
4. Daarnaast kunnen Hoofden van Dienst, de Bedrijfsarts of externe deskundigen ad hoc aan de klachtencommissie worden toegevoegd. 

Taken en bevoegdheden


Artikel 14
De klachtencommissie heeft, onverminderd hetgeen daaromtrent in dit reglement verder is bepaald, tot taak;
a. het oordelen over de ontvankelijkheid van een klacht;
b. het instellen van een onderzoek naar iedere bil haar ingediende klacht inzake seksuele intimidatie, agressie en geweld en het uitbrengen van advies aan de directie over eventueel te nemen maatregelen;
c. het adviseren van de directie over het treffen van tijdelijke voorzieningen gedurende het onderzoek naar de klacht;
d. het rapporteren van de uitkomsten van het onderzoek aan de directie;
e. het gevraagd en ongevraagd adviseren van de directie inzake de problematiek. 


Artikel 15 

De klachtencommissie is onpartijdig, onafhankelijk en deskundig met betrekking tot de emotionele en formele aspecten van seksuele intimidatie, agressie en geweld. 


Procedure
Artikel 16
Een klacht kan, gedurende een periode van 6 maanden na het voorval, schriftelijk worden ingediend door de vertrouwenspersoon namens de klager/klaagster of door de vertrouwenspersoon zelf met inachtneming van artikel 5. Een klacht kan slechts worden ingediend tegen 1 persoon; indien een klacht tegen meerdere personen is gericht zullen deze als afzonderlijke klachten worden behandeld. 


Artikel 17 

De klacht wordt schriftelijk bij de klachtencommissie ingediend onder vermelding van;
a, de omschrijving van de seksuele intimidatie, agressie en geweld, pesten of discrimineren;
b. de naam van de beklaagde, een klacht kan slechts tegen 1 persoon gericht zijn;
c. de ter zake door klager/klaagster ondernomen stappen en, voor zover de klager daarover be- schikt, daarop betrekking hebbende schriftelijke stukken, welke stukken aan de klachtencommissie worden overlegd. 


Artikel 18 

1. Na ontvangst van de klacht door de klachtencommissie wordt zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen 6 werkdagen na indiening van de klacht, een begin gemaakt met het vooronderzoek naar de ontvankelijkheid van de klacht. De beslissing omtrent de ontvankelijkheid wordt binnen 6 werkdagen door de klachtencommissie genomen en meegedeeld aan de klager/klaagster. 

2. Na de ontvankelijkheidverklaring start het onderzoek. Bij het onderzoek kunnen bij de klacht betrokkenen worden gehoord, de secretaris roept de beklaagde binnen zes werkdagen na de ontvankelijkheidverklaring schriftelijk op; in elk geval worden de klager/klaagster en de beklaagde daartoe schriftelijk in de gelegenheid gesteld. De klachtencommissie zendt een afschrift van de klacht ais mede van de aan haar overlegde schriftelijke stukken aan de beklaagde. De beklaagde wordt in de gelegenheid gesteld om te reageren, alvorens te worden gehoord.

3. Van elke hoorzitting wordt een schriftelijk verslag gemaakt, dat door de betrokkenen voor akkoord getekend wordt. Indien een betrokken lid niet tot ondertekening bereid is, wordt de reden daarvan op het verslag aangetekend. Indien noodzakelijk zal de afdeling Personeelszaken zorg- dragen voor de notulering van de gesprekken.

4. De klachtencommissie confronteert de klager/klaagster niet met de beklaagde, tenzij klager/klaagster daar zelf om verzoekt en mee instemt.

5. De voorzitter van de klachtencommissie ziet erop toe dat het onderzoek binnen twee maanden wordt voltooid. 


Artikel 19 

Tijdens het onderzoek kan de klager/klaagster zich laten bijstaan door de vertrouwenspersoon of een zelfgekozen raadsman of -vrouw. De beklaagde kan zich door een zelf gekozen raadsman of – vrouw laten bijstaan. Kosten hieraan verbonden worden in principe niet door onze onderneming vergoed. 


Artikel 20 

Alle zittingen van de klachtencommissie, zowel ten tijde van het onderzoek als bij de behandeling van de klacht door de klachtencommissie, zijn niet openbaar. 


Artikel 21 

  1. Is de klachtencommissie van mening dat haar onvoldoende gegevens ter beschikking staan om tot een oordeel te komen, clan kan zij tot hervatting van het onderzoek besluiten. Zij bepaalt, door wie dit voortgezet onderzoek zal worden verricht en binnen welke termijn.
  2. Is de klachtencommissie van mening dat haar voldoende gegevens ter beschikking staan, dan komt zij tot een oordeel over de klacht en stelt haar uitspraak vast. De commissie besluit bij meerderheid van stemmen. Alle drie (3) leden dienen aanwezig te zijn of zich laten vertegenwoordigen door een plaatsvervanger. 
  3. Indien een lid van de commissie op enigerlei wijze bij een klacht betrokken is, neemt hij geen deel aan de behandeling. In geval van twijfel beslissen de overige leden van de commissie. 


Artikel 22 

1. De klachtencommissie verklaart de klacht in haar uitspraak; a. (ten dele) gegrond;
b. (ten dele) ongegrond en of;
c. niet ontvankelijk. 

2. De uitspraak houdt de gronden in, waarop zij berust. De commissie kan besluiten om het stand- punt van de minderheid in die uitspraak te vermelden. 


Artikel 23 

  1. De klachtencommissie heeft de verplichting om binnen 2 maanden advies uit te brengen over een ingediende klacht aan de directie.
  2. Indien de klachtencommissie de klacht gegrond acht, dient zij in haar uitspraak, de directie van de klager clan wel beklaagde, van advies over het nemen van maatregelen. 
  3. De klachtencommissie brengt haar advies ter kennis van de klager/klaagster, de beklaagde, de directie en de vertrouwenspersoon.
  4. Indien de directie niet besluit overeenkomstig het advies van de klachtencommissie, doet zij dit bij gemotiveerd besluit. Dit besluit wordt binnen 10 werkdagen ter kennis gebracht van de klachtencommissie, de klager/klaagster, de beklaagde en de vertrouwenspersoon. 


OVERIGE EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 24

  1. Alle medewerkers van het bedrijf zijn verplicht te verschijnen indien zij door de vertrouwenspersoon of de klachtencommissie (schriftelijk) worden opgeroepen om te worden gehoord.
  2. Alle bij de behandeling van een klacht betrokken personen zijn tot geheimhouding verplicht met betrekking tot gegevens die hen ter kennis komen en zij beschermen de privacy van betrokkenen in het kader van de behandeling.
  3. De directie ziet erop toe dat;
    a. tijdens de behandeling van een klacht geen van de betrokkenen er nadeel van ondervindt dat een klacht aanhangig is gemaakt;
    b. dat de vertrouwenspersonen en de leden van de klachtencommissie geen nadeel ondervinden ten gevolge van het vervullen van die functie. 


Artikel 25 

  1. De klachtencommissie draagt er zorg voor dat namens hem er op toe wordt gezien dat de klachtendossiers zorgvuldig worden bewaard.
  2. Vijf jaar na beëindiging van de behandeling van de klacht door de klachtencommissie wordt het dossier vernietigd.
  3. Ingeval tegen het besluit van de directie, bedoeld in artikel 23, vierde lid, beroep is ingesteld, begint de in het tweede lid bedoelde termijn te lopen na het tijdstip waarop de eindbeschikking op dat beroep onherroepelijk is ontvangen door de directie. 


Artikel 26 

De directie zorgt ervoor dat dit reglement wordt opgenomen in het Personeelshandboek. Daar- naast zal aan elke medewerker de Voorlichtingsbrochure ter hand wordt gesteld. De directie draagt voorts zorg voor het geven van bekendheid aan de instelling van vertrouwenspersonen en klachtencommissie, in elk geval door een publicatie in het voor medewerkers bestemde informatieblad. 


Artikel 27 

De klachtencommissie en de vertrouwenspersonen brengen jaarlijks aan de directie verslag uit over het aantal behandelde klachten, de aard daarvan en de ter zake gegeven adviezen. Het in de eerste zin bedoelde jaarverslag bevat tevens op basis van hun bevindingen hun gezamenlijke voorstellen aan de directie ter zake van voorkoming en bestrijding van seksuele intimidatie, agressie en geweld, discriminatie en pesten. 

TERUG NAAR PSYCHOSOCIALE ARBEIDSBELASTING
Share by: